Beleggingsportefeuille samenstellen: hoe doe je dat?

Home » Beleggingsportefeuille samenstellen: hoe doe je dat?

Bij het samenstellen van je beleggingsportefeuille kun je kiezen uit (o.a.) aandelen of obligaties. Er zijn drie belangrijke aandachtspunten die je kunnen helpen bij het maken van de juiste keuzes. 

1. Weet wat je beleggingshorizon is. 

Weten wat je beleggingshorizon is betekent in feite niets anders dan dat je je realiseert dat je je beleggingen voor een lange tijd ongemoeid moet laten. Dat komt doordat beleggingen over het algemeen over een lange periode pas echt goed renderen. 

Beleg je voor de lange termijn, dan zijn je beleggingen beter in staat om de tussentijdse ups en downs het hoofd te kunnen bieden. 

1.1. Is rendement op de korte termijn mogelijk? 

Op de korte termijn rendement genereren is zeer zeker mogelijk. Vraag dat maar aan de doorgewinterde daytraders. Maar je neemt dan wel een groter risico en je moet bovendien nog beschikken over de juiste mentaliteit. 

De juiste mentaliteit is: het hoofd koel kunnen houden en over een grote mate van risicotolerantie beschikken. Oftewel, je moet het je kunnen veroorloven om grotere risico’s te nemen. 

1.2 Wat is samengestelde groei? 

Samengestelde groei is een andere belangrijke reden om een aantal jaren niet meer aan je beleggingen te komen. 

Je kan samengestelde groei vergelijken met wat vroeger van toepassing was op je spaarrekening. Momenteel krijg je als spaarder niets voor je spaargeld op je spaarrekening of moet je zelfs betalen als je boven een bepaald bedrag zit. 

Echter, in de tijd dat je nog rente op je spaargeld kreeg, kon je profiteren van de kracht van rente op rente: elk jaar kreeg je rente bijgeschreven op je spaargeld. Over dat bedrag kreeg je het jaar daarop weer rente. En daar kreeg je het jaar daarna weer rente. En zo groeide je spaargeld elk jaar harder.  

Zo werkt de kracht van samengestelde groei ook bij je beleggingen: wanneer je geld gaat verdienen met het geld dat je beleggingen al hebben verdiend. 

Mensen die eerder in het leven beginnen met beleggen, profiteren daarom des te meer van de kracht van samengestelde groei over een langere periode.

2. Kies de juiste activaklassen die passen bij je risicotolerantie. 

Asset allocatie (=activaspreiding) houdt in dat je je beleggingen opdeelt in verschillende soorten beleggingen, die elk een bepaald percentage van het geheel vertegenwoordigen.

Je kan bijvoorbeeld de helft van je geld beleggen in aandelen en de andere helft in obligaties. Als je een meer gediversificeerde portefeuille wil, kan je je portefeuille uitbreiden tot buiten deze twee activaklassen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan vastgoedinvesteringen, grondstoffen, forex of internationale aandelen.

2.1 Je allocatiestrategie hangt af van je risicotolerantie. 

Het is niet zo verwonderlijk dat je allocatiestrategie van je risicotolerantie afhangt. 

Lig je wakker van tijdelijke verliezen, dan kun je je beter richten op activa met een lager risico, zoals obligaties. Als je beter met tussentijdse tegenslagen kan omgaan, waar je met een agressieve langetermijngroei ongetwijfeld mee te maken zal hebben, dan kun je beleggen in aandelen.

Geen van beide is echter een alles-of-niets-beslissing. Zelfs de meest voorzichtige belegger zou best een aantal kwaliteitsaandelen of een aandelenindex fonds in zijn of haar portefeuille kunnen opnemen, wetende dat de veilige obligaties eventuele verliezen wel zullen compenseren. 

Andersom geldt dat zelfs de meest onverschrokken belegger wat obligaties zou moeten hebben om een ​​scherpe daling van de aandelen te kunnen compenseren. Dit mixen van verschillende activaklassen heet diversificatie.  

2.2 Wat zijn de voordelen van diversificatie?

De voordelen van diversificatie beperken zich niet tot het spreiden van je risico. Er zijn nog meer voordelen te behalen met diversificatie. 

Zo noemde de econoom en nobelprijswinnaar Harry Markowitz diversificatie “de enige gratis lunch in de financiële sector”. Je verdient meer als je je portefeuille diversificeert.

Een voorbeeld van wat Markowitz bedoelde: een investering van USD 100 in de S&P 500 in 1970 zou zijn gegroeid tot USD 7.771 eind 2013. Om hetzelfde bedrag in dezelfde periode in grondstoffen te beleggen (bijvoorbeeld de S&P GSCI-index) zou je geld hebben doen groeien tot USD 4.829.

Stel je nu voor dat je beide strategieën toepast. Als je USD 50 had geïnvesteerd in de S&P 500 en de andere USD 50 in de S&P GSCI, dan zou je totale investering in dezelfde periode zijn gegroeid tot USD 9.457. Dit betekent dat je rendement 20% hoger zou zijn geweest dan de portefeuille met alleen de S&P 500 en bijna twee keer zo groot zou zijn geweest als het S&P GSCI-rendement.

2.3 Een gemengde strategie werkt beter.

De meeste financiële professionals verdelen alle beleggingen in vrijwel twee categorieën, traditionele activa en alternatieve activa.

Traditionele activa omvatten aandelen, obligaties en contanten. Contant geld is geld op de bank, inclusief spaarrekeningen en certificaten.

Alternatieve activa zijn al het andere, inclusief grondstoffen, onroerend goed, deviezen, kunst, verzamelobjecten, derivaten, risicokapitaal, speciale verzekeringsproducten en private equity.

De meeste individuele beleggers zullen merken dat een combinatie van aandelen en obligaties, plus een buffer aan contanten, ideaal is. Al het andere vereist zeer gespecialiseerde kennis. Als je een expert bent op het gebied van oud Chinees porselein, doe dat dan. Als je dat niet bent, is het beter om bij de basis te blijven.

3. Aandelen en obligaties in balans brengen

Aandelen en obligaties in balans brengen in je beleggingsportefeuille hangt samen met je risicotolerantie. De meeste beleggers kunnen hun doelen bereiken met een combinatie van aandelen en obligaties. De vraag daarbij is dan wel: hoeveel van elke klasse moet je kiezen? 

3.1 Verdeling aandelen en obligaties bij hoge risicotolerantie  

Streef je naar een hoog rendement en heb je een hoge mate van risicotolerantie, dan zijn aandelen de logische keuze. 

Sterker nog: het totale rendement op aandelen is historisch gezien veel hoger geweest dan voor alle andere activaklassen.

In zijn boek “Stocks for the Long Run” voert auteur Jeremy Siegel sterke argumenten aan voor het opzetten van een portefeuille die voornamelijk uit aandelen bestaat.

Siegel schrijft: “In de 210 jaar dat ik het rendement op aandelen heb onderzocht, is het reële rendement op een breed gespreide aandelenportefeuille gemiddeld 6,6 procent per jaar geweest”.

3.2 Verdeling aandelen en obligaties bij een lage risicotolerantie

Een risicomijdende belegger houdt niet van volatiliteit op de korte termijn en zal daarom juist beter kunnen kiezen voor de relatieve veiligheid van obligaties. Het rendement zal dan ook lager zijn. 

3.3 Contant geld is geen optie

Voor welke verdeling je ook kiest, zorg dat je een keuze maakt want het oppotten van contant geld is geen optie. Vanwege de inflatie wordt de reële waarde van contant geld aangetast. 

Een voorbeeld: bij een inflatie van 3% per jaar is EUR 100.000 over 30 jaar nog maar EUR 40.000 waard.

3.4 Leeftijd net zo belangrijk als je persoonlijkheid. 

Waarom je leeftijd net zo belangrijk is als je persoonlijkheid, is eigenlijk heel logisch. Naarmate je bijna met pensioen gaat, moet je minder risico’s nemen want je hebt je geld immers nodig voor je pensioen. 

Sommige mensen kiezen hun balans tussen aandelen en obligaties met behulp van de “120-regel”. Het idee is simpel: trek je leeftijd af van 120. Het resulterende getal is het percentage van je geld dat je in aandelen belegt; de rest gaat naar obligaties. 

Een 40-jarige zou dus 80% in aandelen en 20% in obligaties beleggen. Tien jaar later zou dezelfde persoon 70% in aandelen en 30% in obligaties moeten hebben.

Aangezien aandelen historisch gezien dus op de lange termijn het hoogste rendement opleveren, heb ik in mijn artikel “Hoe kies je de juiste aandelen?” enkele van de meest gebruikte fundamentele aandelenselectie indicatoren besproken.

[Show less]

Slimmer beleggen
2022 Rashied.nl